Het kunnen determineren van diersporen is een waardevolle vaardigheid voor ecologen, boswachters en andere groene professionals. Het biedt de mogelijkheid de aanwezigheid van soorten aan te tonen met een lage impact op die dieren zelf. Tijdens deze cursus behandelen we sporen die van belang zijn bij het uitvoeren van bijvoorbeeld quickscans. Daaronder prenten van soorten als das en marterachtigen. Maar ook vogelnesten, veren en braakballen. De prenten van kleine marterachtigen zoals ze aangetroffen worden opsporen planken is onderdeel van de cursus.
Praktische informatie
Maximaal acht deelnemers. Diverse locaties op de Veluwe en de omgeving rondom Deventer. Alle dagen van 10:00-15:00. Niet inbegrepen zijn overnachtingen, eten & drinken en vervoer van en naar de locaties.
Benodigdheden
Goede buitenkleding, notitieboekje & potlood, dagrugzak, drinken en lunch. Eventueel verrekijker en fotocamera.
Prijs
€595,- (inc. BTW) te voldoen bij opgaaf. Na ontvangst van de betaling is de plek definitief gereserveerd.
Data en beschikbaarheid
● Vijfdaagse cursus: 8, 15, 20, 22 en 29 april 2021 – VOL
Indien een workshop vol is, kunt u desgewenst op de wachtlijst geplaatst worden.
Opgave
Omschrijving
Het kunnen determineren van diersporen is een waardevolle vaardigheid voor ecologen, boswachters en andere groene professionals. Het biedt de mogelijkheid de aanwezigheid van soorten aan te tonen met een lage impact op die dieren zelf. Zo is bijvoorbeeld het gebruik van sporenbuizen populair bij het inventariseren van kleine marterachtigen. Maar ook bij het uitvoeren van een quickscan is kennis van diersporen onontbeerlijk. En sporen zijn vaak de eerste tekenen dat een nieuw dier aanwezig is in een gebied. Deze cursus is specifiek bedoeld voor groene professionals. Het cursusprogramma is specifiek voor deze groep samengesteld.

Deze dagen behandelen we:
- Dag 1: Prenten
Deze dag verdiepen we ons in de diverse voetvormen die bestaan. Zodra je de overeenkomsten gaat zien in een bepaalde diergroep zijn prenten snel op naam te brengen. Naast de bekendere zoogdieren behandelen we soorten die voor ecologen van belang zijn, waaronder de marterachtigen. - Dag 2: Gangen
De manier waarop dieren lopen is een determinatie kenmerk. Niet altijd zijn prenten even duidelijk. De manier van voortbewegen helpt dan een determinatie te kunnen maken. Verder bouwen we voort op de kennis van de eerste dag, en breiden deze uit. Onder andere met vogelprenten. - Dag 3 & 4: Sporen
Naast de bekende loopsporen zijn er nog vele andere typen sporen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan haren, veren, braakballen en uitwerpselen. Deze kunnen allemaal gevonden worden in het veld en geven bewijs van de aanwezigheid van die diersoorten. - Dag 5: Kleine marterachtigen en nesten van vogels
De wezel en hermelijn hebben in diverse provincies momenteel speciale aandacht. Het gebruik van buizen met daarin een looplank met inkt is een goedkope, veilige en daardoor veel gebruikte methode om de aanwezigheid vast te stellen. Deze dag gaan we bezig met de herkenning van deze soorten, alswel het verschil met soorten die ook vinden op sporenplanken. Daaronder amfibieën, ‘muizen’ en insecten.
Het tweede onderdeel van deze dag is herkenning van vogelnesten. Elke vogelsoort hefet zijn eigen kenmerken waaraan nesten herkend kunnen worden. Maar vaak worden nesten ook ‘geleend’. Waar we op moeten letten gaan we tijdens deze workshop behandelen.
Liever een cursus op maat voor uw bedrijf? Bezoek de dienstenpagina voor meer informatie of neem direct contact met ons op.
