Vijftig meter bij Jeroen Kloppenburg vandaan klink ineens geslurp. Een wolvenwelp drinkt doodgemoedereerd zijn buik vol. En terwijl de Deventer sporenzoeker eigenlijk een gat in de lucht wil springen, houdt hij zijn adem in. En schiet het beeld waar hij al maanden, wat heet: jaren, op wacht. Het perfecte plaatje van een wolvenwelp.
Een welp van de roedel op de Noord-Veluwe staat voor de camera van Kloppenburg. Het is een half uur na zonsopkomst, eerder deze week. Kloppenburg weet waar hij ongeveer zoeken moet. Weet door zijn kennis van sporen en wolven waar de roedel kan zijn.
,,Maar het is altijd afwachten. Je weet het nooit zeker. Ik ging twee jaar geleden haast dagelijks. En zag altijd sporen, maar bijna nooit een wolf. Dit jaar ben ik nog niet vaak wezen speuren. Nu was het wel raak.”
Lees het gehele artikel hier (Premium).